Folder drukkerij spaarnestad

Het drukken van illustraties in ,,diepdruk” is evenwel toch nog heel iets anders. Want bij al die genoemde manieren van afdrukken hebben we feitelijk te doen met ,,hoogdruk’’: met een drukvorm, waarbij het inkt- afgevend deel, het ,,drukelement’’, verhoogd ligt ten aanzien van de niet-drukkende deelen. Deze laatste worden door de inktrol niet ingeinkt en geven derhalve - ook geen inkt af aan het papier. Voorbeelden van hoogdruk zijn de boekdruk en de gewone krantendruk. Bij diepdruk is het juist andersom: want daar liggen de deelen van den drukvorm, die inkt moeten afgeven, lager dan het oppervlak van den drukvorm; ze zijn er als het ware in gegraveerd, zooals dat bij de kopergravure en de ets het geval is. -Doorgaans is zulk:'een diepdrukvorm een koperen cy- linder, die glanzend gepolijst is. Wanneer daarin nu letters en afbeeldingen worden gegraveerd, en we laten dien de cylinder in een bak met dunvloeibaren drukinkt rondwentelen, dan zal het geheele oppervlak natuurlijk met inkt. bedekt worden; doch wanneer we tegen dat oppervlak een dun, veerkrachtig mes drukken, dan kunnen wij de overmaat inkt van het opperviak afschrapen en blijft de diepdrukinkt alleen in de verdiept liggende deelen achter. Zulk een mes noemt men het ,,takelmes’’. Voert men vervolgens een lange papierbaan tusschen dien afgerakelden koperen cylinder en een gummiwalsdoor, dan zal de dunne inkt door het papier uit de verdiepte deelen worden opgezogen, en aldus komt de afdruk tot stand. Ge zult wel begrijpen dat die tekst en die afbeeldingen er niet met de hand in gegraveerd worden; want een illustratiebedrijf moet steeds nieuws brengen, dus snel haar drukvorm kunnen vervaardigen. Dit moet derhalve mechanisch geschieden, met behulp van een fotografische werkwijze. Hoe ontstaat de diepdrukvorm?

1. DE ZETTERIJ

Wij beginnen onze rondwandeling op de Letter zetterij. Daar zijn twee afdeelingen: een, waar heel veel menschen werken en waar het doodstil is; de andere, waar er maar weinig zijn, doch waar oorverdoovend lawaai heerscht.... Die eerste afdeling is de handzetterij: hier worden afzonderlijke looden lettertjes uit de letterkasten genomen en in een ,,zethaak’’ tot woorden en regels aaneengevoegd. | Dit is een secuur werkje, vandaar die stilte. Doch in de machinezetterij gaat het anders; daar zit een aantal menschen, met de ,,kopij’’ van de redactie voor zich, aan een soort schrijfmachine te werken; zij tikken met deze machine, die ,keyboard’’ genoemd wordt, qaatjes in een rolletje papier; ieder gaatje komt overeen met een letter, zooais Op de auto-piano ieder gaatje van de muziekrol’ met een bepaalden klank overeenkomt. Wordt deze geperforeerde rol nu in de giet- machine gebracht, dan begint het lieve leventje; hooren en zien vergaat bij dien wirwar van hefboompjes, waardoor een ,matrijs, met alle letterteekens er in gegraveerd, telkens op de juiste plaats voor een gietmond wordt gebracht. Uit dien giet- mond wordt gesmolten lood in die bepaalde letter van de matrijs geperst; de nu nog vloeibare letters stollen oogenblikkelijk en worden dan met behulp van hefboompjes netjes stuk voor stuk uit de machine gehaald en tot een regel aaneengevoegd. Omdat wij hier afzonderlijke letters gieten, wordt deze machine de ,,monotype”’ genoemd (monos = één). Ook is er nog de ,,linotype’’, waarmede niet afzonderlijke lettertjes, doch heele regels tegelijksgegoten worden.

Het handzetsel wordt speciaal voor afwijkende lettertypen gebruikt, voor ,,koppen’” (vet gedrukte regels boven den tekst), advertenties enz., terwijl het machine- zetsel meer voor het gewone tekstwerk in aanmerking komt. Machine- en handzetsel worden nu op de afdeling smoutzetterij op de juiste wijze samengevoegd, ,,op- gemaakt’’, zooals dat heet, tot een ,,zetvorm”; er wordt een proefdrukje van getrokken, en, als er fouten in voorkomen, worden deze nog snel verbeterd. Dan wordt de zetvorm op de drukpers gebracht, ingerold met dikken boekdrukinkt, en afgedrukt op een door- schijnend materiaal, b.v. cellofaan of celluloid.

Daarna wordt de afdruk nog met een zwart poeder ingestoven; dit hecht alleen op den pasgedrukten, vetten letterafdruk, zoodat deze daardoor nog meer ondoorzichtig wordt. Die drukker is een secuur man! Ge ziet hem den afdruk tegen het licht houden; hij kijkt met een vergrootglas of die afdruk op cellofaan, die ,,pelure’’ genoemd wordt, wel goed scherp is. Is hij tevreden, dan verhuist de pelure onmiddellijk naar de Montage-afdeeling.

2. FOTOGRAFIE EN RETOUCHE

Hier worden in het bijzonder de afbeeldingen gereedgemaakt, die straks in de illustratie uw aandacht zullen boeien. Binnentredend zien wij direct machtige gevaarten staan, die op het eerste gezicht niet veel van een fototoestel weg hebben. Toch zijn het groote foto-apparaten, niet zoo- zeer voor het maken van ,,kiekjes’’ of portretten, doch om van schilderijen, teekeningen, foto's enz. ,,reproducties”’ te maken.

Die op te nemen afbeeldingen worden met helder wit licht van de booglamp, of griezelig geelgroen kwikdamplicht, bestraald; het reproductietoestel, dat een groote lens bevat, maakt er een (negatieve) af- beelding van op de gevoelige plaat. oe Ge ziet er ook meer in de hoogte gebouwde foto- . apparaten, die geheel automatisch werken, zoodat bij vergrooten en verkleinen het beeld op de matruit steeds scherp blijft. Een wonder van vernuft.

Wij treden in een groote ruimte, waar allerhande schijn- werpers hangen en meer normale fototoestellen zijn opgesteld, echter op statieven die in allerlei richtingen gedraaid kunnen worden. In dit fotoatelier worden geen reproducties gemaakt, doch oorspronkelijke op- namen van personen, voorwerpen enz. Hier is de foto- graaf echt thuis; met zijn lampen kan hij allerlei mooie tegenstellingen van licht en schaduw bereiken; ook kan hij op een knop drukken en dan rijdt het geheele dak weg, waardoor direct zonlicht in het atelier kan binnenstroomen.

Wij passeeren een lange reeks donkere kamers, waar de ,,negatieven” ontwikkeld worden; als zij klaar zijn, worden ze in de afdeeling Retouche wat bijgewerkt, fouten er uit gehaald enz. en dan komen de negatieven weer terug in de afdeeling foto- grafie. Hier wordt van die nega- tieven weer een afdruk gemaakt, ‘dus er ontstaat een gewoon positief beeld. Echter is het geen gewone foto, geen afdruk op papier, doch een afdruk op heldere, doorzichtige film: een zgn. diapositief, zooals die ook gebruikt worden in de tooverlantaarn. Ook dit diapositief moet nog eens op de afdeeling retouche nabewerkt worden, opdat alle diapositieven eenzelfde karakter krijgen. Achter groote glasruiten zitten de retoucheurs hun negatieven en diapositieven met fijne -penseeltjes te beschilderen; het zijn ware kunstenaars, vooral zij die de negatieven en diapositieven van den kleurendruk maken.

Van die retoucheurs hangt veel af: wat zij goed afleveren, kan in het verdere verloop van de vervaardiging van den drukvorm nog wel verknoeid worden, doch wat zij -slecht afleveren, kan in dat verdere verloop niet meer worden goedgemaakt. Hebben de diapositieven nu hun ,,schoonheidssalon”’ verlaten, dan komen zij op:

3. DE MONTAGE

Waar intusschen reeds de tekstafdrukken op cellophaan zijn aangekomen. Hier staan montagetafels, bedekt met glas, dat van onder uit belicht wordt; en hier worden diapositieven te zamen met de pelures vastgeplakt op spiegelglasruiten, juist in de samenstelling zooals zij later in de illustratie zullen moeten staan. Een laatste contrdle en de ,,montagevorm”. zooals de met door- zichtigen tekst en foto's beplakte ruit heet, gaat de vol- gende afdeeling in.

4. COPIEERING EN OVERDRAGING

Dan komt ,,het geheim van den smid’, want hoe krijgen we van dien montagevorm nu een in den koperen cylinder gegraveerde afbeelding? Dit geschiedt met behulp van het ,,pigmentpapier’, een bruinrood ge- kleurd, met gelatine bedekt papier, dat met bepaalde chemicalién lichtgevoelig wordt gemaakt. Op dit papier wordt met gebruik van zeer sterk licht een afdruk gemaakt. Dat licht maakt nu die gelatine op de belichte plaatsen gelooid, d.w.z. ze is dan niet meer in warm water oplosbaar. En naargelang het pigmentpapier meer of minder licht krijgt, wordt het ook in dikkere of dunnere lagen gelooid. De zwarte letters worden in het geheel niet gelooid, het wit daartusschen echter zeer sterk.

En de foto's, die alle mogelijke schakeeringen van licht en donker bevatten, geven ook allerlei overgangen van dikkere of dunnere gelooide gelatinelagen. ~ Te voren wordt echter op het pigmentpapier een ,,raster’’ gecopieerd. Zulk een raster bestaat uit een spiegelglasplaat,

waarop zich fijne, doorzichtige lijnen met daartusschen zwarte, ondoorzichtige vierkantjes bevinden. Wel 70 liinen per centimeter, dus een kleine 5000 vakjes per vierkanten centimeter! Zulk een kunststuk is niet goed- koop, en we durven het dan ook nauwelijks aan te raken, in de vrees het te beschadigen. De bedoeling van dit raster is: de copie op het pigment- papier te overdekken met een stelsel van elkaar snij- dende, fijne, gelooide gelatinelijnen. Waarom dat nu precies gebeurt, zult ge dadelijk vernemen. Als de pigmentpapiercopie voldoende licht ontvangen heeft, wordt zij met behulp van water op den glanzen- den koperen cylinder geplakt; ze zit direct goed vast, zooals een postzegel op een brief vastgehecht. Men hijscht den cylinder vervolgens met een zwaren takel in een bak, waarin zich warm water bevindt. Als de cylinder hierin wordt rondgedraaid, weekt al spoedig de papieren onderlaag af; vervolgens lost de niet geharde gelatine op en blijft op het koper alleen een fijne, plaatselijk dikkere of dunnere huid van gelooide gelatine achter, een gelatine-,,reliéf”’. | Na drogen daarvan worden de niet met gelatinereliéf bedekte zijkanten afgedekt met een zuurvast lak, en nu is de cylinder klaar voor het ingraveeren, het etsen van den tekst en de afbeeldingen.

5. DE ETSERIJ

In de etserij staat de etser, met een bruin schootsvel voor, om zich te beschermen, tegen spatten van de bijtende etsstof, waarmede hij de etsing in het koper zal aanbrengen.
Voor hem, op een soort bak, ligt de met pigment- gelatinereliéf bedekte koperen cylinder. Daarachter staat een aantal witte melkkannetjes, maar het is heusch geen melk wat daar in zit! De etser doopt een grooten, platten kwast in een van de kannetjes, en het blijkt dat er zich een donkerbruine etsvloeistof in bevindt. Met dien natten kwast begint hij het bruinroode gelatinereliéf te beschilderen, en net als ge denkt: man, houd op, je verknoeit heel dat mooie, fijne reliéf, beginnen zich donkere vlekken af te teekenen: de letters van den tekst en de donkerste deelen van de foto's worden aangetast! Wat gebeurt er nu bij dit etsen? De etsstof dringt langzaam door de gelatinelaag en bereikt ten slotte het koper, dat door de etsstof wordt weggevreten.

Op de dunne deelen van het reliéf wordt het koper eerder bereikt dan bij de dikke deelen; daar wordt het koper langer geétst, en dus dieper ingevreten. In het koper ontstaat dus een heele gradatie van diepten, die overeenkomen met de dunnere of dikkere partijen van de pigmentcopie, dus ook met de zwartere of lichtere partijen van het diapositief. De rasterlijnen in het gelatine- reliéf zijn het dikst; het etsbad dringt er dan ook niet doorheen, zoodat het koper daar onaangetast blijft. Na afloop van het etsen, wanneer de gelatinehuid met zuur wordt weggewreven en de cylinder is schoongemaakt, — blijkt dus de heele etsing opgedeeld te zijn door een stelsel van elkaar snijdende, niet geétste koperlijnen; er zijn kleine, geétste vierkantjes, de etsnapjes, ontstaan.

6. DE GALVANISCHE AFD. EN DE SLIJPERIJ

De geétste cylinder wordt nu naar degalvanische afd. gere- den, waar fel rood en blauw gelakte koperen rails den ster- ken electrischen stroom naar de galvanische baden voeren. In deze baden voltrekt zich een geheimzinnig gebeuren! De klaargeétste cylinder wordt in het verchromingsbad neergelaten; onder veel gesputter van badvloeistof wordt door middel van electriciteit een uiterst dunne, maar zeer harde, glanzende chroomlaag op het koper aan- gebracht. Na een half uurtje wordt de cylinder, piekfijn glimmend, uit het bad geheschen en naar de drukkerij gebracht; de drukvorm is gereed!

Ondertusschen komen van de drukkerij de cylinders terug, welke afgedrukt zijn; de etsing moet er van verwijderd worden. Dit gaat heel eenvoudig, want die etsing bevindt zich in een zeer dunne koperlaag, die vrij gemakkelijk van den ondergrond kan worden afgetrokken. Op de slijperij ziet ge dan ook, hoe de cylinder,gevild” wordt; het afgetrokken koper wordt dan samengeperst en weer in de galvanische baden gebruikt. Want na het aftrekken moet er een nieuwe koperen laag op aangebracht worden, anders zou de cylinder maar steeds méér vermageren....

Dit aanbrengen van nieuw koper geschiedt ook in een geheimzinnig galvanobad, waarin de cylinder snel rond- draait en waarin koper van koperen platen wegvreet en neerslaat op den cylinder. Na een uurtje is de nieuwe laag gereed; deze wordt op de slijperij alleen nog met behulp van zware polijstbanken spiegelglad gepolijst. En dan is de cylinder weer klaar om opnieuw van pigment- _ papier voorzien te worden.

7. Het drukken van de illustraties

Uit de drukkerij klinkt geraas van groote rotatiepersen. De cylinders zijn hier in de pers aangebracht en draaien snel rond in de inktbakken; het rakelmes schraapt, zich langzaam heen en weer bewegend, den overtolligen inkt van de etsing. De taak van het raster wordt nu duidelijk: zonder raster zou de dunne inkt door het rakelmes uit de dieper geétste deelen worden weg-_ geschraapt, doch door het raster blijft de inkt netjes in de fijne etsnapjes hangen! Een lange papierbaan rolt af van een duizend kg zware papierrol en komt tusschen den afgerakelden cylinder en de tegendrukwals; keurig bedrukt vliegt de papierbaan verder in droog- kasten, waar de nog natte drukinkt door snelle verdam- ping van het oplosmiddel droogt. Die oplosmiddel- dampen worden door ventilatoren in onderaardsche kanalen weggezogen en naar een.... terugwinnings-installatie gebracht, waar uit de afgezogen lucht weer netjes toluol en benzine worden teruggewonnen !

Hoe dat gebeurt, laten we hier maar buiten beschouwing ; doch dat het een belangrijke installatie is, moge blijken uit het feit, dat er tot 150.000kg per jaar uit de lucht wordt teruggewonnen! Kijken we nog eens naar de papierbaan. Deze wordt eerst aan de eene zijde bedrukt, de zgn. weerdruk; dan volgt de andere zijde, de zgn. -schoondruk, waarop ook met zwart, doch soms met kleuren gedrukt wordt. Dan gaat de papierbaan niet door één drukwerk, maar door vier; daar’ worden achtereenvolgens geel, rood, blauw en ten slotte zwart gedrukt en ontstaat de fraaie gekleurde voorplaat van de illustratie. Nu volgt nog de vouwmachine, die één geheel met de rotatiepers uitmaakt; door een vernuftig mechanisme wordt daar de baan gevouwen en gesneden, en over een transportbaan komen dan de op het gewenschte formaat gevouwen illustraties uit de pers gestuwd! Zulk een rotatiepers kan heel wat aan: 8000—12000 druks per uur, en er werken er meestal meer tegelijkertijd.

In het midden van de drukkerij ziet.ge een soort openlucht-zwembad, doch ge kunt er alleen maar zwarte ~ handen krijgen: het is de inktcentrale, waar de drukinkt, die vanuit de eigen drukinktfabriek door een lange leiding naar de inktcentrale wordt gepompt, op de juiste wijze gemengd wordt en van daar uit met kleine pompjes naar de drukpersen wordt gevoerd.

En nu de deur uit!

De gedrukte tijdschriften moeten nu zoo snel mogelijk weg. In de Expeditie-afdeeling staan verschillende machines: de insteekmachine kan b.v. in 16 bedrukte pagina’s 32 andere netjes in het midden insteken; de snijmachines met hun vervaarlijke messen snijden de stapels aan drie kanten gelijk, en de snippers suizen naar beneden in een buisleiding, vanwaar ze door een groote ruimte worden gezogen, om na samenpersen tot een groote baal weer naar de papierfabriek te verhuizen, die er.... nieuw papier uit maakt! Aan een langen loopenden band staan de inpakkers, die de stapels in papier pakken, een touw er om doen, van een etiket voorzien, en het pakket rolt verder naar buiten, direct in onze vrachtauto’s! En niet lang daarna wordt in menig huisgezin het resultaat van heel die ingewikkelde bewerking gelezen en bewonderd. |

Ook wij gaan nu de deur uit! We passeeren nog de Rotatieboekdrukkerij (hoogdruk), met haar verschillende hulpafdeelingen; de Vellendiepdrukkerij, de Vellenboek- drukkerij en het Papierrollenmagazijn: een enorme op- slagplaats waar de rollen papier hun tijd afwachten om ,,aan den haak geslagen’’ te worden, en aan een rail hangend tot voor de persen gerold te worden. In de verte vangen we hog een glimp op van de Inktfabriek, doch het is voor dezen keer genoeg geweest. Ik denk dat ge, als ge weer eens een illustratie leest, niet alleen de afbeeldingen zult bekijken, doch ook zult terugdenken aan het ingewikkelde doch mooie diepdruk- procédé !